Als de kaarsjes uit moeten
Wat is het toch heerlijk bij 't kribbetje fijn,
'k zou altijd wel hier willen zijn .
Doch 't klokje tikt immers geregeld maar voort
denk niet dat 't aan mopperen of pruilen zich stoort.
tik tik, tik tik, tik tik, ....
al lang zeven uur wat een schrik !
't Is kinderen bedtijd zegt vader vooruit,
de kaarsjes die moeten nu uit.
Wie heeft er de beurt om te blazen vandaag ?
het is kleine Rie en die doet het zo graag
ft ft, ft ft, ft fuit...
Rie blaast er de kaarsjes nu uit.
En nu zoet naar bed toe zegt moeder heel zacht
zeg 't kindje nog even goe nacht.
"Nacht Jesuke wij moeten slapen nu gaan
maar morgen steekt moeder de kaarsjes weer aan."
"st st, st st, st zacht...
welterusten lief kindje goe nacht !"
Het lied komt uit een bundel "Kerstdozijn"
tweestemmige liedjes voor school en thuis,
uitgegeven door de zusters van liefde te Tilburg in 1922.
Het is uitgegeven door drukkerij Senefelder, Amsterdam